Mark Van Aalden, de nieuwe directeur van TT Circuit Assen, heeft BNR geïnformeerd over de mogelijkheid om de Formule 1 Grand Prix van Nederland op het Drenthe Circuit te hervatten. Het circuit worstelt met een groot obstakel omdat de FIA de kwestie van een licentie heeft uitgesteld.

In een recent gesprek met het radioprogramma De Nationale Autoshow van BNR geeft Mark van Aalderen, de kersverse directeur van het legendarische TT Circuit Assen, een genuanceerd beeld van de toekomstige autosportambities in Drenthe. Sinds 1 september 2025 neemt Van Aalderen het roer over van zijn voorganger Peter Oosterbaan, die bijna 25 jaar leiding gaf aan de ‘Kathedraal van de Snelheid’. Met zijn ruime ervaring binnen de organisatie – hij begon twintig jaar geleden als stagiair – brengt de nieuwe directeur een frisse blik, maar ook een realistische noot als het gaat om de felbegeerde terugkeer van de Formule 1 naar Nederland. De Grand Prix van Nederland, die van 2021 tot en met 2026 in Zandvoort wordt verreden, nadert zijn ontknoping en velen kijken reikhalzend uit naar een mogelijke opvolger. Assen positioneert zich met zijn rijke historie in de MotoGP en andere tweewielerevenementen als een logische kandidaat, maar de weg naar een graad 1-licentie van de FIA lijkt hobbelig.
“Ja, het kan technisch zijn,” zei Van Aalden in het BNR -gesprek, verwijzend naar de infrastructuur van het circuit. Het TT -circuit, gelegen in het hart van Drenthe, heeft een baan die voldoet aan de basisvereisten voor een Formule 1 -race. De lay-out is breed genoeg, met voldoende ruimte voor aanpassingen zoals een extra lus om inhaalopties te maken, zonder de geliefde MotoGP-configuratie te beïnvloeden. De faciliteiten zijn modern: het pitgebouw en de stands overtreffen die van vele bestaande F1 -circuit. Toegankelijkheid is een pluspunt; Via de A28 en het nabijgelegen Assen -station, is het circuit goed toegankelijk en de capaciteit voor toeschouwers -met pieken van meer dan 100.000 bezoekers tijdens de TT -biedt potentieel voor een grootschalig spektakel. Van Aalden benadrukt dat een rang 1 -licentie, essentieel voor F1 -evenementen, binnen een winterstop mogelijk zou zijn. Eerdere inspecties door de FIA, inclusief een positieve beoordeling van de baanaspecten zoals breedte en veiligheid, onderstrepen dit. In 2023 concludeerde de Motorsport Federation al dat Assen in principe geschikt is, op voorwaarde dat de nodige upgrades worden geïmplementeerd.

Desalniettemin gooit een cruciaal obstakel een roet in de werken: de FIA heeft de kwestie van de licentie uitgesteld. Dit is geen puur technisch probleem, maar een administratief en financieel struikelblok. De graad 1-homologatie vereist niet alleen aanpassingen aan de hellingen, zoals hogere crashbarrières, geavanceerde bandenbarrières en verbeterde nooduitgangen, maar ook een strikte audit op organisatieniveau. De FIA, die de kalender strak in de hand houdt, geeft prioriteit aan circuits met bewezen trackrecords en robuuste financiële steun. Voor Assen betekent dit dat een formele toepassing alleen nuttig is als er concrete plannen zijn voor een race. Van Aalden is voorzichtig: “Als we een licentie voor graad 1 wilden, dan kunnen we het in een winter krijgen, maar er moeten eerst een business case zijn.” Die zaak ontbreekt momenteel. Het organiseren van een F1 -race in West -Europa, en zeker in Nederland, is een kostbare onderneming. De jaarlijkse vergoeding bij de FIA wordt geschat op meer dan 100 miljoen euro, exclusief investeringen in infrastructuur, marketing en logistiek. Zandvoort, dat sinds 2021 de Nederlandse huisarts organiseert, zou dit alleen maar sterk kunnen werken via een consortium van grote bedrijven en overheidssteun. Zelfs daar verloopt het contract na 2026, met onzekerheid over een verlenging vanwege stijgende kosten en verkeer.

Van Aalsen kijkt met bewondering terug op Zandvoort. “Ik heb het een paar keer van dichtbij gezien. In termen van niveau, in termen van het organiseren van en in termen van ervaring, is het echt een van de allerbeste gebeurtenissen die we ooit in Nederland hebben gehad.” De Nederlandse Grand Prix bracht niet alleen een sportieve topklasse -met iconische momenten zoals Max Verstappens Triumphs -maar ook een oranje -hedging dat het hele land in brand stak. Assen heeft lessen getrokken uit dit succes: de organisatie bewaakt bezoekersnummers, de logistiek en de fan -ervaring om te zien hoe een F1 -gebeurtenis in de Drenthe -context zou passen. Maar de regisseur waakt naar mismatches. “Het TT -publiek is geen Formule 1 -publiek. Dat is iets dat we heel stevig volgen.” In tegenstelling tot Zandvents Mix van hardcore fans en feestgangers, trekt Assen voornamelijk motorliefhebbers en gezinnen aan. Geen Nederlandse kunstenaars op het podium, maar een focus op pure racesport. Dit jaar vierde het circuit zijn 100 -jarig jubileum met de TT, een evenement dat 105.000 toeschouwers aantrok en de basis legde voor duurzame groei.
De financiële realiteit tempeert de euforie. “Ik denk dat dergelijke business cases in West -Europa, en zeker in Nederland, eigenlijk niet meer beschikbaar zijn”, zegt Van Aalden. Potentiële investeerders – van private equity tot lokale autoriteiten – hebben nog niet gerapporteerd. Het circuit zou de baan kunnen huren, maar geen enkele partij durft de sprong zonder garanties te maken. Net als Zandvoort, waar een alliantie van zwaargewichten nodig was, zou Assen een soortgelijk model nodig hebben. De regisseur ziet kansen in hybride evenementen, zoals een F1 -testdag of een ondersteuningsrace, maar een volledige Grand Prix blijft een verre droom. De beperking van de FIA met licenties speelt hier een rol in: de Federatie wil geen halfbakken aanvragen en prioriteit geeft aan uitbreiding in opkomende markten zoals Asia en het Midden-Oosten, waar de rendementen hoger zijn.

Toch volgt Hoop Flood met fans en belanghebbenden. Assen positioneert zichzelf als een alternatief voor Zandvoort, met voordelen zoals minder verkeerschaos en een meer natuurlijke locatie. De recente benoeming van Van Aalden, met zijn interne kennis, biedt stabiliteit. In de komende maanden zal hij overleg planning met partners van de MotoGP-organisatoren tot de provincie Drenthe om een visie te smeden. “We zouden het circuit kunnen huren. Het is goed. Maar er is tot nu toe geen feest geweest dat het aankan en durft.” Of Formule 1 ooit over de Drenthe Hills brult, hangt af van die ene doorbraak: een solide financier en een groene licentie van de FIA.
De autosportwereld houdt de adem in. Met de kalender die evolueert en Nederland als geboorteplaats van talent als Verstappen zou een race in Assen een logische stap zijn. Maar zoals Van Aalderen het samenvat: de technologie is er, de wil is er, maar de portemonnee en de papieren moeten volgen. Voorlopig blijft het TT Circuit de koning van de motoren, met een zijdelingse blik op de koningsklasse van de auto’s.